Verblijfsdocument voor een niet-Belgisch kind

Wanneer een niet-Belgisch kind, jonger dan 12 jaar, ingeschreven is in de registers en recht heeft op een verblijf in België, kan het een verblijfskaart aanvragen, het is niet verplicht.

Voorwaarden

De verblijfskaart wordt enkel uitgereikt aan niet-Belgische kinderen jonger dan 12 jaar.

Opgelet: het kind moet tijdens het reizen zijn/haar nationaliteit kunnen aantonen aan de hand van een geldig paspoort.

De verblijfskaart is maximum drie jaar geldig. De geldigheidsduur van het identiteitsbewijs mag deze van de verblijfsvergunning van de wettelijke vertegenwoordiger niet overschrijden.

De verblijfskaart vervalt:

  • na verloop van de geldigheidsduur
  • bij verandering van naam, voornaam of nationaliteit

De pasfoto die u meebrengt moet recent zijn (maximum 6 maanden oud) en voldoen aan de normen opgelegd door de International Civil Aviation Organization (I.C.A.O). Het is belangrijk dat het gezicht van het kind goed zichtbaar is. Het kind moet recht in de lens kijken met een neutrale gezichtsuitdrukking (mond gesloten, geen glimlach).

Procedure

De ouder(s) of de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen, vragen de verblijfskaart aan bij de gemeente.

Bij de aanvraag van de verblijfskaart moet het kind ook aanwezig zijn, voor een vergelijking met de foto.

Bedrag

De verblijfskaart voor een niet-Belgisch kind jonger dan 12 jaar kost 15 euro.

Regelgeving

Koninklijk besluit van 10 december 1996 betreffende de verschillende identiteitsdocumenten voor kinderen onder de twaalf jaar (B.S. 20 december 1996)

Wat meebrengen

  • een recente kleurenpasfoto (maximaal 6 maanden oud) van uw kind, die voldoet aan de voorwaarden voor pasfoto's
  • een identiteitsbewijs, als men hier al over beschikt.