Verplichte verzekering burgerrechtelijke aansprakelijkheid

Inrichtingen die gewoonlijk voor het publiek toegankelijk zijn, ook al wordt het publiek er slechts onder bepaalde voorwaarden toegelaten, moeten verzekerd zijn tegen lichamelijke en stoffelijke schade aan derden door brand en ontploffing.

De uitbater moet aan de burgemeester bewijzen dat hij in het bezit is van een dergelijke verzekering aan de hand van een attest van zijn verzekeringsmaatschappij.

Elke wijziging, opzegging, schorsing of stopzetting moet gemeld worden aan de burgemeester.

Ruimten die openstaan voor het publiek, waarvoor de verplichte Verzekering Burgerlijke Aansprakelijkheid bij Brand en Ontploffing afgesloten moet worden : 

  • Dancings, discotheken en alle openbare plaatsen waar gedanst wordt (hieronder vallen ook de openluchtbals)
  • Restaurants, frieturen en drankgelegenheden wanneer de toegankelijke oppervlakte ten minste 50m² bedraagt (ook openluchtinrichtingen zoals terrassen zijn hierin begrepen)
  • Hotels en motels met minstens 4 kamers en die minstens 10 klanten kunnen ontvangen
  • Kleinhandelswinkels waarvan de verkoopruimte en de aanpalende opslagruimte een totale oppervlakte van ten minste 1 000 m² hebben. Hier wordt bedoeld elke verkoop rechtstreeks aan de particulier. Parkings worden niet meegeteld, tenzij wanneer zij voor de detailverkoop worden benut
  • Jeugdherbergen
  • Artistieke cabarets en circussen
  • Bioscopen en theaterzalen
  • Casino’s
  • Culturele centra (met inbegrip van de drankgelegenheid)
  • Polyvalente zalen, waar o.a. voorstellingen, openbare vergaderingen en sportmanifestaties worden georganiseerd. Bijvoorbeeld parochiale centra, buurthuizen, auditoria, ...
  • Sportzalen. Hieronder wordt eveneens verstaan zwembaden, schaatsbanen, bowlings, fitnesscentra, gymansium, ... alsook de bij de inrichting behorende douchecellen en kleedruimten. Sportinrichtingen in open lucht worden hier echter niet geviseerd
  • Schietstanden (hieronder vallen eveneens schietinrichtingen voor boogschutters)
  • Stadions
  • Handelsbeurzen en tentoonstellingszalen (ook musea). Ook de showrooms van fabrikanten of groothandels, zelfs wanneer er geen detailhandel wordt bedreven, vallen hieronder
  • Gesloten kermisinstallaties waarvan de totale voor het publiek toegangkelijke oppervlakte ten minste 100 m² bedraagt
  • Opblaasbare structuren: dit zijn structuren die overeindgehouden worden door een kunstmatig gecreëerde overdruk. De klassieke tenten vallen hier niet onder
  • Handelsgalerijen waarvan de totale voor het publiek toegangkelijke oppervlakte gelijk is aan of groter dan 1 000 m²
  • Pretparken, ook lunaparken worden hieronder begrepen
  • Ziekenhuizen en de verzorgingsinstellingen. Enkel deze instellingen die in de medische sector vallen, bvb. de revalidatiecentra, en dus niet de schooneidsinstituten, sauna's en dergelijke
  • Service- flatgebouwen, woningcomplexen met dienstverlening en rusthuizen voor bejaarden
  • Inrichtingen voor onderwijs en beroepsopleiding
  • De kantoorgebouwen waarvan de totale voor het publiek toegangkelijke oppervlakte ten minste 500 m² bedraagt:
  • de oppervlakte van de parkings in het gebouw gelegen wordt meegeteld
  • eens de 500 m² bereikt valt heel het gebouw onder toepassing van deze reglementering; Hierin zijn eveneens begrepen deze kantoorgebouwen gebruikt voor de uitoefening van vrije beroepen
  • Stations, het geheel van de metro-installaties en de luchthavens. Ook de perrons vallen hieronder
  • Gebouwen voor de uitoefening van erediensten, waarvan de totale voor het publiek toegangkelijke oppervlakte ten minste 1 000 m² bedraagt
  • Gebouwen van de hoven en rechtbanken