Gebruik van een Vuurkorf of Vuurschaal
Het gebruik van een vuurkorf of vuurschaal is toegelaten onder specifieke voorwaarden. Deze toestellen vallen onder de definitie van sfeerverwarmers volgens de milieuwetgeving, en mogen enkel gebruikt worden voor het verbranden van droog, onbehandeld hout of een vaste fossiele brandstof zoals kolen.
Wat is een sfeerverwarmer?
Een sfeerverwarmer is een vrijstaande of ingebouwde installatie, bedoeld om buitenshuis te verwarmen, en werkt op vaste brandstof. Vuurschalen en vuurkorven vallen hieronder.
Algemene richtlijnen:
- Enkel droog en onbehandeld hout of natuurlijke vaste brandstoffen (zoals houtskool) zijn toegestaan.
- Gebruik van vloeibare brandstoffen of brandversnellers is verboden.
- Sparren- of dennenhout is niet toegelaten wegens risico op vliegvuur.
- Geen vuur maken binnen een straal van 25 meter van een bos (Bosdecreet – Vlaanderen).
- Het vuur mag geen hinder veroorzaken voor omwonenden (rookontwikkeling, geurhinder…).
- Bij droogte kan er door het lokaal bestuur een tijdelijk vuurverbod ingesteld worden.
Veiligheidsvoorschriften voor het gebruik van vuurkorven
Om het gebruik van vuurkorven veilig en verantwoord te laten verlopen, gelden volgende bijkomende regels:
- De vuurkorf moet van metaal zijn en mag maximaal 60 cm diameter en 90 cm hoogte hebben.
- Plaats de korf buitenshuis op een stabiele ondergrond, op voldoende afstand van brandbare materialen (zoals tentzeilen of afdaken).
- Geen vuurkorven in tijdelijke inrichtingen zoals tenten of kramen.
- Zorg altijd voor een vrije doorgang voor hulpdiensten.
- Brandstof moet veilig worden opgeslagen, op afstand van het vuur.
- Er moet permanent toezicht zijn bij brandend vuur.
- Volgende blusmiddelen zijn verplicht:
- Een emmer of gieter met water.
- Vuurresten mogen niet onbeheerd achtergelaten worden.
