Verwarmingstoelage

Mensen die vanaf 1 januari 2020 huisbrandolie aankopen, kunnen opnieuw een verwarmingstoelage verkrijgen. De verwarmingsperiode loopt van 1 januari tot en met 31 december 2020. Voor maximum 1.500 liter brandstof in bulk per jaar ontvang je per gezin een toelage tussen de 210 en de 300 euro, afhankelijk van de aankoopprijs van de brandstof. Voor personen die zich verwarmen met aan de pomp gekochte mazout of lamppetroleum heeft het Fonds een forfaitaire tussenkomst voorzien van 210 euro. Eén aankoopbewijs volstaat om recht te hebben op de forfaitaire toelage.

Voor welke brandstof?

Het gaat om:

  • huisbrandolie
  • verwarmingspetroleum (type c)
  • bulkpropaangas
    (niet voor: aardgas via aansluiting op het stadsdistributienet en propaangas of butaangas in flessen)

Voor wie?

  • Categorie 1: Personen met recht op een verhoogde verzekeringstegemoetkoming van de ziekte- en invaliditeitsverzekering. Vereist is dat het jaarlijks bedrag van het bruto belastbaar gezinsinkomen van deze gerechtigden, lager is dan of gelijk aan 19.566,25 euro, verhoogd met 3.622,24 euro per persoon ten laste.
  • Categorie 2: Personen met een laag inkomen. Het jaarlijks bruto belastbaar gezinsinkomen is lager dan of gelijk aan 19.566,25 euro, verhoogd met 3.622,24 euro per persoon ten laste. Er wordt hierbij rekening gehouden met het niet-geïndexeerde kadastraal inkomen (x3) van de onroerende goederen buiten de gezinswoning.
  • Categorie 3: Personen met schuldoverlast. Dit zijn personen met een schuldbemiddeling in het kader van de wet op het consumentenkrediet of een collectieve schuldenregeling én die de verwarmingsfactuur niet kunnen betalen.

Hoe aanvragen?

Opgelet: De aanvraag moet binnen de 60 kalenderdagen na de leveringsdatum bij het OCMW ingediend worden. Het OCMW zal je volgende documenten vragen:

  • de leveringsfactuur of leveringsbon. Indien je in een gebouw met meerdere appartementen woont, vraag je aan de eigenaar of beheerder van het gebouw een kopie van de factuur en een attest met vermelding van het aantal appartementen waarop de factuur betrekking heeft.
  • Indien je behoort tot categorie 1 of 2:
    - je identiteitskaart
    - op vraag van het OCMW, het bewijs van het gezinsinkomen (het meest recente aanslagbiljet, de meest recente loonfiche, het meest recente attest van een ontvangen sociale uitkering..). 
  • Indien je behoort tot categorie 3: de beslissing van toelaatbaarheid van de collectieve schuldenregeling of een attest van de persoon die de schuldbemiddeling verricht.